Het kamertje waar ik mocht slapen bleek ook de slaapplaats van de eigenaar zelf. Die bleef eerst heel laat op om met zijn maten te babbelen en stak 's nachts om de paar uur het licht aan om een sigaretje te roken. Van slapen kwam dus niet veel in huis.
Onderweg veel slecht verlichte en natte tunnels. Eenmaal de afdaling ingezet werd het landschap al snel veel droger en kaler dan tijdens de klim aan de Caspische Zee kant.
De Iraniers zijn hun naam van slechte chauffeurs waard vind ik. Ze passeren mij vaak rakelings en houden geen rekening met mij bij hun vaak halsbrekende inhaalmanoeuvres.
Ik verblijf nog maar eens bij buitengewoon (maar wat betekent dat in Iran?) sympathieke mensen. Ze nodigden mij uit op een picknick morgen middag met hun familie. Een rustdag zal mij goed doen.
zondag 29 mei 2016
Dag 6/26 Karaj
Dag 6/25 ???
Prachtige klim inderdaad, alleen jammer van het veel te drukke verkeer. Gelukkig wel helder weer. Op 1600 m hoogte begon ik uit te kijken naar een kampeerplek. Niet simpel in dit sterk ingesneden gebergte. Toen ik aan de eigenaar van een winkeltje aan een haarspeldbocht vroeg of hij een plek wist waar ik mijn tent zou kunnen zetten zei de allervriendelijkste man me dat ik mocht slapen in een kamertje onder zijn winkel. Fantastische oplossing! En ernaast is een restaurant waar ik vanavond kan eten.
Morgen heel vroeg verder klimmen om het verkeer voor te zijn. En dan verder door naar Karaj, waar ik een Warmshowers-afspraak heb.
vrijdag 27 mei 2016
Dag 6/24 Nowshahr
Overgangsdag met de laatste 50 km aan zee. Morgen begint de lange klim landinwaarts tot 2600 m over wat de gids een van de mooiste wegen van Iran noemt. Waarschijnlijk verdeel ik de klim over twee dagen met kamperen onderweg. Nu zie ik van aan zee heel weinig van het gebergte want het zit helemaal in nevel en wolken. Hopelijk morgen beter!
Ik kan maar niet wennen aan de hier geldende kledingvoorschriften voor vrouwen. Aan het strand waren vrouwen die volledig gekleed, inclusief hoofddoek, in het water zaten. Lichtjes absurd. Maar ondanks de zwarte kraaienkleren die de vrouwen hier dragen denk ik dat ze het hier beter hebben dan in Noord Afrika: hier lopen ze vrij over de straat rond, in Noord Afrika zie je ze gewoon niet. Hier en daar zie je wel een gekleurd fantasietje, vooral in de hoofddoeken.
Dag 6/22-23 Lahijan-Abbasabad
Ik heb ondertussen begrepen dat ik met mijn Iraanse simkaart geen smsjes kan uitwisselen met België (dus in geen van beide richtingen).
Twee dagen langs de Caspische Zeekust, zo vlak als wat. Aan mijn linkerkant de zee, waar slechts af en toe een glimp van te zien is. Aan mijn rechterkant rijstvelden en theeplantages, waarachter besneeuwde bergtoppen liggen. Spijtig genoeg is het een grote, behoorlijk drukke baan.
Ik logeer nu bij Mohammed, leren kennen via Warmshowers. Mohammed is een lieve warme man, zoals ze in Iran eigenlijk bijna allemaal zijn. Het soort mensen dat je op reis graag leert kennen. Hij spreekt behoorlijk Engels, wat een hele verademing is. Zelfs aan hotelbalies heb ik nog maar 1 keer Engels kunnen spreken. Op de foto lees je een van zijn motto's die hier aan de muur hangt.
dinsdag 24 mei 2016
Dag 6/21 Rasht
Eerst 60 vlakke kilometers naar Fuman. Daar bij een zeer sympathieke prachtig besnorde man van 60 thee zitten drinken. Ik liet mijn spullen in zijn binnentuin en hij bracht mij in zijn auto naar de vertrekplaats van de savaris (gedeelde taxi's) naar Masuleh. Dat is volgens de Lonely Planet een van de mooiste dorpjes van Iran. De rit ernaartoe, een 35 km, kostte welgeteld 1 euro. Daar kon ik geen 1000 m voor klimmen op de fiets.
Masuleh is tegen een heel steile bergflank gebouwd en je loopt er op de daken: het dak van de huizen is telkens de hoger gelegen straat. In de beboste bergen vormt het een zeer pittoresk geheel. Wel wat toeristisch inclusief kraampjes met prullaria, maar op een groepje van 2 Fransen en een Colombiaan na zag ik geen buitenlanders.
De Iraniers zijn verzot op foto's al dan niet in klederdracht.
Na de taxirit terug naar beneden reed ik verder tot Rasht.
Dag 6/19 Khalkhal
Hoe bestaat het: gisteren vertelde ik over de wind en over de slechte kleine banen, vandaag reed ik in complete windstilte over een splinternieuwe spiegelgladde drievaksbaan, die nog gesloten was voor verkeer en niet op de Osm-kaart (open source map) staat die ik op mijn smartphone gebruik. Wel een serieuze klim, nog maar eens van 1100 naar 2140 m, en gelukkig een afdaling tot slechts1800 m. Morgen nog een laatste kleinere klim tot 2300 m, en dan een reuze afdaling naar zeeniveau.
Bij het wandelen in Khalkhal werd ik aangesproken door een jonge leraar Engels, die mij uitnodigde bij hem thuis op zeeniveau. Dat wordt mijn bestemming voor morgen, ook al moet ik daarvoor 15 km omrijden.
De gebrekkige internetinfrastructuur in Iran is vervelend. In het voor de rest prima hotel waar ik nu verblijf is alweer een tergend traag wifi-netwerk. Daardoor kan ik de teksten voor deze blog die ik klaar heb niet publiceren.
Dag 6/16-18 Hashtrud-Miyane-Firuzabad
Een lang gesprek met Nima heeft mij doen beslissen mijn reisroute zwaar om te gooien. Net als enkele anderen voor hem raadde hij mij ten stelligste af richting Perzische Golf te rijden, en mijn voorgenomen tocht door de zoutwoestijn vond hij gekkenwerk. Dat vond hij bestemmingen voor in de winter. In de komende tijd wordt het daar veel te warm, zeker om in te fietsen.
Ik ben dus oostwaarts afgebogen richting Caspische Zee en rijd nu al 3 dagen door een bijzonder mooi maar veeleisend landschap. Altijd maar op en af van 1000 naar 2000 m hoogte. Vaak hoge stijgingspercentages en slecht asfalt. Vandaag was er een lang stuk omhoog zonder asfalt, zo steil dat mijn achterwiel slipte en ik een stuk te voet moest.
Dat komt ook omdat ik het rijden over grote banen beu ben en zoveel mogelijk kleinere banen opzoek.
Wat ik al las in fietsverhalen van anderen kan ik nu volmondig bevestigen: de wind speelt in Iran een hoofdrol. Onvoorstelbaar hoe straf die kan waaien, om zot van te worden. En dit ononderbroken vanaf dag 1 in Iran. Mijn allicht foute indruk is dat hij meer tegen dan mee zit, maar dat komt uiteraard omdat de periodes met tegenwind langer duren en meer blijven plakken. Ik heb al recht op de trappers moeten staan in een 3 % afdaling. Een goede oefening voor de koppigheid zullen we maar zeggen.
95 % van de voorbijrijdende chauffeurs supportert door te toeteren en te zwaaien, mij vanalles toe te roepen, en heel vaak door gewoon te stoppen voor een praatje. Veel verder dan 'Belgik' geraken we verbaal meestal niet, maar toch slagen we er met veel lichaamstaal in hele conversaties te voeren over mijn leeftijd (waar ze bijna allen naar vragen), mijn gezin, mijn beroep... En steevast eindigt het gesprek ermee dat ze met mij een selfie maken en om een of andere reden mijn Iraans telefoonnummer willen, waarna ze prompt de pas gemaakte selfie naar mij doorsturen via Telegram, een variant van WhatsApp die iedereen hier gebruikt.
Als ik zin heb in een tasje thee stop ik gewoon in een dorp en ga ergens zitten. Binnen de kortste keren staat er volk bij mij en vaak word ik dan binnengeroepen voor thee. Ik heb ook al vaak in benzinestations of winkels thee gedronken en heb nog maar 1 keer moeten betalen.
Vandaag door een prachtige vallei met rijstvelden gefietst.
Dag 6/20 Pareshar
Na de eerder korte beklimming volgden 55 km bergaf naar zeeniveau in een prachtig bebost gebergte. En dan nog een kort stukje naar mijn afspraak met Hamid.
Ik belandde uiteindelijk niet bij hem thuis maar in een gedemodeerd soort pretpark van zijn oom. Ik kreeg er een hokje met tapijt en matras op de vloer.
Vriendelijke man die Hamid. Ik had er oeverloze discussie mee over religie en politiek. Onze uitgangspunten zijn gewoon te verschillend. Wij westerlingen redeneren vanuit het individu en de mensen hier vanuit de gemeenschap en het hogere.
De nacht was lawaaierig en ik werd geplaagd door muggen. Aan de Caspische Zee is het veel broeieriger dan in de bergen waar ik tot nu was.
vrijdag 20 mei 2016
Tussendoortje: het traject Armenië
donderdag 19 mei 2016
Dag 6/15 Maragheh
Daarna een korte rit naar het nabijgelegen Maragheh, waar ik mijn eerste Iraanse Warmshowers-afspraak had.
Prinselijk ontvangen en gesoigneerd door Habibeh en Nima, een bijzonder sympathiek koppel jonge dertigers. Na een delicieuze maaltijd toonden ze mij hun stad en deden met mij een rit in de omgeving. En zij hielpen mij bij de aankoop en installatie van een Iraanse simkaart. Niet eenvoudig omdat alles in het Farsi verloopt, inclusief het invullen van een lange vragenlijst. Voor wie graag eens een smsje naar Iran wil sturen: mijn nummer is
00 98 90 34 34 07 80
dinsdag 17 mei 2016
Dag 6/14 Bonab
Een bebouwde kom ziet er hier anders uit.
Vandaag een rit om vlug te vergeten. Kilometers vreten op een drukke baan.
Dag 6/13 Tabriz
Tabriz is een grootstad met een prachtige uitgestrekte bazar die op de werelderfgoedlijst van Unesco staat. Grotendeels 15de eeuwse baksteengewelven, een 20-tal karavanserais, enkele moskeeën. Georganiseerd naar onderwerp: een hele wijk met tapijtwevers, een met stoffen, met kruiden, met koperslagers,...
Het fietsen zelf valt wat tegen: de grote baan is de enige mogelijkheid, en ondanks de bijna permanente aanwezigheid van een veilige pechstrook om op te fietsen is de drukte van het verkeer en de stank van de walmende camions er teveel aan. Oplosbaar?
's Avonds Christine ontmoet, Iranexperte die een Duitse groep op rondreis begeleidt.
maandag 16 mei 2016
Dag 6/11-12 Jolfa-Marand
Hoera ik ben miljonair! Geen eigen verdienste hoor, maar een gevolg van de hollende inflatie in Iran. Voor 1 euro krijg je nu 38500 rial. Met andere woorden 1 miljoen rial is net geen 26 euro waard.
De grensovergang Armenië-Iran gisterochtend ging relatief vlot. Wel alle bagage moeten tonen, maar geen enkel probleem.
Daarna volgden we een 70-tal km de wondermooie (en roodgekleurde) grensrivier met Armenië en daarna Nakhchevan (Azerbeidjaanse enclave in Armenië). Deze rivier wordt volgens de Lonely Planet in de bijbel vernoemd. De eerste 25 km gingen door een spectaculaire kloof in het hoge rotsgebergte, daarna kwamen we meer en meer in een verbredende vallei. Fietsrichting: westwaarts. Windrichting: oostwaarts. Heel vervelende combinatie...
We waren moe als we in Jolfa aankwamen. En de goede hotels lagen vol wegens de wielerronde van Iran die toevallig ook in Jolfa zat. We moesten uiteindelijk vrede nemen met een goor hotel.
Deze ochtend met spijt afscheid genomen van schoonbroer en fantastische compagnon Luc, die op 2 dagen met openbaar vervoer in Teheran moet geraken voor zijn vlucht naar huis op dinsdag. Ik supporter voor hem dat het goed loopt.
En dan de eerste rit alleen. Even wennen! Onderweg werd ik voorbijgestoken door de karavaan en de renners van de Ronde van Iran.
Van het Farsi is niets te maken. Ze gebruiken zelfs andere cijfertekens. Hier en daar krijg je er een vertaling bij.
vrijdag 13 mei 2016
Dag 6/9-10 Tsav-Meghri
Gelukkig konden we deze ongeveer 95 km over 2 dagen spreiden: rond de 3000 hoogtemeters zouden te veel zijn voor 1 dag. Het berglandschap was fabelachtig mooi, het wegdek bijna perfect en verkeer volkomen afwezig. Vandaag 's ochtends een paar kruidenplukkers gezien en dan op het volledige traject over en voorbij de 2220 m hoge pas welgeteld 1 bestelwagen gekruist. Nu zitten we 1500 m lager (wat een afdaling!) vlakbij de grens met Iran. Morgenvroeg steken we die over. Gisteren gekampeerd in Tsav aan een bronnetje. Vandaag in Meghri slapen we bij een particulier die ons half pension aanbood.
woensdag 11 mei 2016
Dag 6/8 Kapan
Pittige bergrit. Eerst 600 m naar beneden, dan in 45 haarspeldbochten 1000 m omhoog. En na nog wat op en af een super afdaling naar Kapan. Het landschap was heel anders dan de vorige dagen: groen bebost met overwegend beuk. Slecht wegdek, wat vooral bij het dalen vervelend is.
We slapen in een oud hotel in Sovjetstijl.
dinsdag 10 mei 2016
Dag 6/7 Goris
Onderweg maakten we kennis met een aanstekelijk blije herder, die ons aansprak als 'maladoi' (jongeren) en ons met zijn 51 jaar maar niet kon geloven als we onze leeftijd vertelden.
Daarna begon een helletocht naar onze vierde col boven de 2200 m. De tegenwind was meedogenloos en boven kwamen we in de mist/regen. Na een lange afdaling kwamen we verkleumd aan in Goris.
maandag 9 mei 2016
Dag 6/6 Sisian
Prachtige rit, maar bijzonder zwaar. Luc en ik zijn steendood.
Om 8 u vertrokken rond 1100 m hoogte in open weer, maar al snel kwam een ijzige tegenwind opzetten die de rest van de dag aanhield. Vervelend als je over een col van 2340 m moet... We ontsnapten wel nipt aan een regenbui.
Onderweg werden we tegengehouden door een schaapherder met een probleem: hij kreeg een deel van zijn kudde niet van halverwege een steile rotswand. Of wij er niet even wilden opklimmen.
Pas rond 18 u bereikten we verkleumd ons einddoel Sisian.
zondag 8 mei 2016
Dag 6/5 Yeghegnadzor
Overdag hebben we amper al regen gehad. Vandaag op de Selimpas wel stofhagel en een gure tegenwind, gevolgd door een fikse regenbui in de afdaling. Gelukkig hebben we rond een warm kacheltje (gestookt met gedroogde mest) kunnen schuilen bij een vriendelijke man en zijn alleraardigste dochtertje. Maar vooral 's nachts heeft het al zwaar geregend. Om te kamperen moeten we dus nog even wachten.
Van op de Selimpas (2410 m) tot waar we nu zijn hebben we om zo te zeggen 40 km geen trap moeten geven. Vlak na de pas reden we langs een prachtige 13de eeuwse karavanserai (stopplaats voor karavanen op de zijderoute).
Dag 6/2-4 Sevanmeer
Armenië is een prachtig land om in te fietsen. Weliswaar slecht wegdek en daardoor zigzaggende autobestuurders, maar wat een omgeving!
De eerste Armeense dag liep stroomopwaarts door de groene Debedvallei, die naar het einde toe versmalt tot een kloof.
Na Vanadzor kwam de eerste echte klim tot Margahovit, waar we gemengde herinneringen aan hebben. Voorbij Dilijan vonden we een schitterend onderkomen in een berghotel met zwembad.
De tunnel vanuit Dilijan richting Sevanmeer is maar 2,3 km lang, maar loopt wel 100 m omhoog en is slecht verlicht. We gingen dus over de 2110 m hoge pas langs Semyonovka, een dorp van Oudrussen. Dat is een christelijke sekte van diepgelovige brave mensen die geen vlieg kwaad doen. In de 19de eeuw werden ze uit Rusland gedeporteerd. Omdat ze veel melk en aanverwanten gebruikten worden ze molokanen genoemd (naar moloko, het Russische woord voor melk). Ze zijn gemakkelijk te herkennen: de mannen dragen oudmodische kleren en hebben lange baarden, de vrouwen veelkleurige hoofddoeken. In Armenië worden ze met rust gelaten.
In de Armeense dorpen is het armoe troef. Onvoorstelbaar in wat voor huizen gewoond wordt.
Het Sevanmeer, omgeven door besneeuwde bergen, is door zijn hoogte (1900 m) spijtig genoeg in dit seizoen nog niet te bezwemmen.
woensdag 4 mei 2016
Dag 6/1 Sadakhlo (Armeense grens)
Eindelijk, na lange maanden voorbereiding, de eerste fietsdag. Zoals altijd bij het bereiken of verlaten van een grote stad waren de eerste 40 km om vlug te vergeten, pas daarna werd het geleidelijk mooier en rustiger.
Door de onweersdreiging (de eerste regen is ondertussen gevallen) zochten en vonden we een hotel in verbouwing op een boogscheut van de grens met Armenië. We liggen aan de voet van de Armeense bergen.
Het hotel is helemaal onderkomen, en meer dan een droog bed en een lauwe douche in een vieze badkamer hebben we niet.
De vliegreis, met een tussenstop van 4 u in Istanbul, was door de meegestuurde fietsen een beetje spannend. Het verleden heeft me geleerd dat daar wel eens iets kan misgaan. Dit keer verliep alles perfect. Lado (van fietswinkel Velo+, een aanrader voor wie met de fiets in Tbilisi komt) stond ons met zijn camionette op te wachten om 3 u 's ochtends.
Na enkele uren slaap in de ruimte boven de winkel staken we onze fietsen in elkaar en gingen mijn bagage ophalen bij Levan. Voor de volgende nacht verhuisden we naar het bijzonder leuke hostel Waltzing Mathilda.