Shit! Bij het vertrek stelde ik vast dat een van de twee linkerpootjes van de achterbagagedrager onderaan afgebroken is. Zo kan ik uiteraard niet verder, want nu komt alle gewicht op het overblijvende linkerpootje.
Gelukkig ben ik nog in Chernyshevsk en niet ergens onderweg. In de garage waar iemand mij naartoe stuurde gaan ze dat hopelijk kunnen lassen. Die is wel nog niet open, dus in afwachting zit ik in het cafe ernaast thee te drinken.
's Avonds
Om 10 u was alles gefikst. Nikita, de garagist, begon er direct aan en moest er niets voor. In Turkije werd ik voor een gelijkaardig probleem ook al goed geholpen zonder te hoeven betalen. Dat moet je bij ons eens proberen...
Na 42 km was er volgens Osmand een cafe. In de praktijk was daar niets van aan, wel het gezin van Mikhail uit de Altai (waar ik nog door gefietst ben voor ik in Mongolië belandde) dat daar zijn datsja (buitenverblijf) heeft. Heel marginaal, maar buitengewoon vriendelijk. Ik vroeg of ze thee wilden maken, en toen dat wel heel lang op zich liet wachten bleek dat de vrouw mij een hele maaltijd aan het bereiden was: bijzonder lekkere gehaktballen met puree en een heerlijke saus, en rauwe groenten met wilde paddestoelen die ze in het bos hadden geplukt. Het beste wat ik op deze reis al gegeten heb!
En mijn geluk kon niet op wanneer na 130 km bleek dat het hotel, dat volgens de uitbaatster van het vorige hotel niet bestond, er wel degelijk was. En het is zelfs heel goed. Zo heeft Osmand voor een keer gelijk.
Zo werd een dag, die met een koude douche begon, uiteindelijk nog prachtig. De rit zelf ook, hoewel het 's ochtends nog aardig wat regende. De baan loopt niet door de dorpen zoals dat bij ons zou zijn. Heel af en toe is er een zijweg, meestal niet geasfalteerd, die naar een dorp leidt dat soms behoorlijk ver is. Bijgevolg is het hotel waar ik nu verblijf de eerste echte bewoning die ik vandaag ben tegengekomen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten