zaterdag 6 juli 2019
Dag 10/53 nabij Lower Trail Lake
Veel geluk gehad vandaag. 's Morgens twee lange beklimmingen met rugwind in een schitterend decor (dat heel erg aan Zwitserland deed denken), maar tijdens de middagpauze draaide de wind 180°, en ik kwam volop in de rook terecht van de bosbrand die verderop al een tiental dagen woedt. Het was veel te ongezond om in te kamperen, dus ik besloot te blijven rijden tot ik uit de rook was.
Maar dat was zonder de goedheid van de mensheid gerekend: een mobilhome stopte, en de bestuurder vroeg of ik wilde meerijden. Hij had mij zien fietsen en realiseerde zich dat dat geen pretje was. Een dertigtigtal km verder was er geen rook meer, en ik stapte weer uit om de kampeerplek te zoeken waar ik nu zit, mooi gelegen aan een bergbeek, een kleine km weg van de baan. Ideaal dus.
Dag 10/50-51 Anchorage
Anchorage, met zijn 350.000 inwoners de enige grote stad van Alaska, is verbazingwekkend uitgestrekt met veel groene zones. Ik logeer bij Walter en Lynn, en word daar in de watten gelegd om beschaamd van te worden. Bijzonder lekker eten en bier, prachtige kamer. Ik mag met niets helpen. Maar vooral heel aangename gesprekken over vanalles, want we hebben veel gemeenschappelijke interesses.
Ik neem een dagje vrijaf om rond te wandelen in de stad, een hotdog met rendiervlees te eten, etensvoorraden aan te vullen, en het Anchorage Museum te bezoeken dat een heel goed beeld geeft van de leefwereld en de cultuur van de oorspronkelijke bewoners van Alaska.
Ik ga vanaf morgen op het Kenai schiereiland naar Seward fietsen, een lichtjes bergachtige route door een naar het schijnt fabuleus mooi landschap. Vier dagen later, zondagavond, kom ik met de trein terug naar Girdwood. Vandaar moet ik maandag nog amper 35 km fietsen naar Whittier, waar om 23u45 de ferryboot vertrekt.
Over die ferryboot heb ik al veel verontrustende verhalen gehoord van woelige zee en kotsende passagiers. Daar ben ik behoorlijk ongerust over, want ik ben extreem gevoelig voor zeeziekte. Ik heb speciaal uit België pillen meegebracht die hopelijk efficiënt zijn. Vooral de eerste 2 dagen, als de boot op open zee vaart, zijn berucht. Daarna komt de boot in de Inside Passage, tussen eilanden in meer beschutte en dus rustiger wateren. We zien wel...
Ik neem een dagje vrijaf om rond te wandelen in de stad, een hotdog met rendiervlees te eten, etensvoorraden aan te vullen, en het Anchorage Museum te bezoeken dat een heel goed beeld geeft van de leefwereld en de cultuur van de oorspronkelijke bewoners van Alaska.
Ik ga vanaf morgen op het Kenai schiereiland naar Seward fietsen, een lichtjes bergachtige route door een naar het schijnt fabuleus mooi landschap. Vier dagen later, zondagavond, kom ik met de trein terug naar Girdwood. Vandaar moet ik maandag nog amper 35 km fietsen naar Whittier, waar om 23u45 de ferryboot vertrekt.
Over die ferryboot heb ik al veel verontrustende verhalen gehoord van woelige zee en kotsende passagiers. Daar ben ik behoorlijk ongerust over, want ik ben extreem gevoelig voor zeeziekte. Ik heb speciaal uit België pillen meegebracht die hopelijk efficiënt zijn. Vooral de eerste 2 dagen, als de boot op open zee vaart, zijn berucht. Daarna komt de boot in de Inside Passage, tussen eilanden in meer beschutte en dus rustiger wateren. We zien wel...
zondag 30 juni 2019
Dag 10/47-48 Willow
Na een aantal opeenvolgende dagen wild kamperen verblijf ik nu bij Warmshowers host Elaine. De douche en een scheerbeurt brachten mij terug naar de geciviliseerde wereld. Elaine is een 71-jarige alleenstaande, ietwat eigenzinnig en met een hoekje af, maar best heel sympathiek en haar humor ligt me wel. Gisteren gingen we haar verjaardag en die van een vriendin van haar vieren op restaurant. We moesten daar wel meer dan 50 km ver voor rijden naar Talkeetna, maar dat vinden ze hier heel gewoon. Op het einde haalden we nog een vriend van hen op, en in zijn Ford uit 1922 reden we de laatste 10 km naar het restaurant.
Ik blijf hier een dagje extra, want mijn kleren moeten dringend in de was en er is wifi. Voor het eerst in twee weken is die goed genoeg om berichten met foto's te posten op deze blog.
Vanuit de bosbranden die momenteel 200 km van hier woeden op het Kenai schiereiland ten zuidwesten van Anchorage waait de wind rook hier naartoe. Je kan daardoor de bergen aan de horizon niet meer zien, en deze namiddag rook het zelfs even naar verbrand hout. Ik hoorde al dat Anchorage zelf serieus in de rook zit. Pas wanneer ik daar ben, overmorgen dus, zal ik kunnen beslissen of ik mijn laatste dagen in Alaska op het Kenai schiereiland kan rondfietsen.
De Parks Highway van Fairbanks naar Anchorage waar ik nu over rijd gaat langs het Denali National Park. Gisteren kon ik vanop de Highway heel mooi de Mount McKinley zien liggen, de hoogste berg van Noord-Amerika.
Ik blijf hier een dagje extra, want mijn kleren moeten dringend in de was en er is wifi. Voor het eerst in twee weken is die goed genoeg om berichten met foto's te posten op deze blog.
Vanuit de bosbranden die momenteel 200 km van hier woeden op het Kenai schiereiland ten zuidwesten van Anchorage waait de wind rook hier naartoe. Je kan daardoor de bergen aan de horizon niet meer zien, en deze namiddag rook het zelfs even naar verbrand hout. Ik hoorde al dat Anchorage zelf serieus in de rook zit. Pas wanneer ik daar ben, overmorgen dus, zal ik kunnen beslissen of ik mijn laatste dagen in Alaska op het Kenai schiereiland kan rondfietsen.
De Parks Highway van Fairbanks naar Anchorage waar ik nu over rijd gaat langs het Denali National Park. Gisteren kon ik vanop de Highway heel mooi de Mount McKinley zien liggen, de hoogste berg van Noord-Amerika.
Dag 10/43 Denali Highway
De grotendeels niet geasfalteerde Denali Highway loopt door toendra. Het is hier te hoog en te noordelijk voor bomen, alleen dicht struikgewas en af en toe een laag boompje groeit hier. Bijgevolg kan je in alle richtingen kijken naar de bergen met hun gletsjers in de verte. Het is een onwezenlijk mooi landschap, bezaaid met meren groot en klein, waar je buiten de wind en wat vogels helemaal niets hoort. Er is bijna geen verkeer, hooguit een auto per kwartier. Alleen Mongolië was nog (heel wat) eenzamer om door te reizen.
Dag 10/40 onderweg
Buiten begint het te regenen, ik lig knus op een echt bed... in een autobus. Ik wist van Hilde, een Vlaamse die onlangs van Alaska naar Ushuaia (zuidelijkste dorp van Argentinië) fietste, dat Debbie en Jay, de bejaarde eigenaars van een winkeltje achterin een stokoude autobus hadden waar fietsers gratis in mogen logeren. Bijna alle stoelen zijn weggenomen, in de plaats is er een primitieve keuken (met een propaanfles buiten), een zithoek, een stapelbed, een enkel bed en zelfs een houtkachel. Er is elektriciteit, en ik mag gebruik maken van de (trage) wifi. Op de binnenmuren hebben vele tientallen die mij voorgingen hun bedankingen met stiften neergeschreven.
De weg van Tok hier naartoe is buitengewoon mooi met bijna geen verkeer. In de verte zijn de gletsjers van het Wrangell-St.Elias nationaal park te zien. Wat dit winkeltje hier op 100 km van Tok doet is mij een raadsel, want bewoning is hier amper. Een hotel en een pompstation die ik onderweg tegenkwam staan nog op mijn kaartapp, maar waren duidelijk al jaren gesloten en verlaten. Ook dit staat te koop en de eigenaars verhuizen terug naar Idaho, dus ik heb geluk.
Wie goed kijkt op de foto ziet een moeder eland en twee kleintjes die in het water staan.
Voor morgen wordt rugwind voorspeld, voor overmorgen tegenwind en buien. Spijtig, want ik zou hier wel graag een dagje blijven hangen en wat gaan wandelen. Maar die rugwind is te aanlokkelijk natuurlijk.
De weg van Tok hier naartoe is buitengewoon mooi met bijna geen verkeer. In de verte zijn de gletsjers van het Wrangell-St.Elias nationaal park te zien. Wat dit winkeltje hier op 100 km van Tok doet is mij een raadsel, want bewoning is hier amper. Een hotel en een pompstation die ik onderweg tegenkwam staan nog op mijn kaartapp, maar waren duidelijk al jaren gesloten en verlaten. Ook dit staat te koop en de eigenaars verhuizen terug naar Idaho, dus ik heb geluk.
Wie goed kijkt op de foto ziet een moeder eland en twee kleintjes die in het water staan.
Voor morgen wordt rugwind voorspeld, voor overmorgen tegenwind en buien. Spijtig, want ik zou hier wel graag een dagje blijven hangen en wat gaan wandelen. Maar die rugwind is te aanlokkelijk natuurlijk.
Dag 10/38 Lakeview Campground
In Alaska, na meer dan 3000 km doorheen Canada. Met eindelijk nog eens stralend weer, en op een schitterende kampeerplek aan een meertje, aangelegd met zitbanken, tafels en zelfs stapels brandhout, en toch voor vrij kamperen (er is wel een donation box). Zo zijn er op deze campground een stuk of 8 plekken. Nu, in de vroege namiddag, ben ik nog helemaal alleen, maar tegen de avond zullen hier allicht wat RV's (mobilehomes) een plek zoeken. Van een fietsend koppeltje uit Frankrijk dat ik deze ochtend kruiste hoorde ik dat de standaardprijs voor dergelijke kampeerplek in Alaska 27 dollar is. Ik heb geprobeerd om te zwemmen, maar ik zakte tot halfweg mijn kuiten in het slib en moest noodgedwongen rechtsomkeer maken.
Vreemd genoeg zijn hier aan het meer amper muggen. Wel wat ze hier horseflies noemen, een soort vliegen maar dan 3 keer zo groot. Ik hoorde al dat die niet steken maar gewoon een hap uit het vlees nemen. Het straffe is dat die mij tijdens het fietsen kunnen bijblijven, zelfs als ik tegen 30 km per uur rijd. Ze blijven rond mij zwermen. Gewone muggen haken af zodra ik zo een 14 km per uur haal (heb ik gemeten), en zijn dus alleen vervelend als het bergop gaat.
Dat Franse koppeltje hing, zoals iedereen doet, een paar nachten geleden een afgesloten fietszak met eten erin met een touw aan een hoge tak zodat de beren er niet zouden aankunnen. 's Morgens stelden ze vast dat een dier, zij dachten een eekhoorn want die zijn hier in groten getale, er een vuistgroot gat had in gebeten en ervandoor was met bijna alle eten. De bomen zijn hier heel smal met heel korte zijtakken, zodat de fietszak in de hoogte tegen de stam hing en niet op minstens 1 meter ervandaan, zoals het volgens het boekje hoort. Op georganiseerde kampeerplekken zoals hier zijn niet alleen bear proof vuilbakken maar ook metalen kasten waar je eten kan in leggen. Om de vuilbakken of kasten te openen moet je je hand in een handvat steken en achteraan een klepje openduwen. Geen beer die dat kan...
Dag 10/37 Beaver Creek
De hele nacht geen oog dicht gedaan door het onafgebroken geluid van de regen op de tent. Maar toen ik begon te fietsen brak de zon door de wolken, wat het landschap in prachtige kleuren zette.
In mijn tent moet ik oogkleppen opzetten om te kunnen slapen. De zon gaat hier maar onder om 23.30 u lokale tijd, en komt al weer op rond 4 u. Echt donker wordt het trouwens helemaal niet.
Twee elanden gezien die aan een meer in het water stonden. Spijtig genoeg te ver om te fotograferen zonder telelens.
Nog een 30-tal km en ik verlaat Canada. Ondertussen ben ik noordelijk genoeg om op de permafrost te zitten. Het is hier in dit seizoen heel moerassig, wat mij aan Siberië doet denken. Om te vermijden dat de baan zou wegzakken, wat bij de eerste aanleg in 1942 voor heel wat problemen heeft gezorgd, is er een metershoge laag gravel waarboven het asfalt ligt.
In mijn tent moet ik oogkleppen opzetten om te kunnen slapen. De zon gaat hier maar onder om 23.30 u lokale tijd, en komt al weer op rond 4 u. Echt donker wordt het trouwens helemaal niet.
Twee elanden gezien die aan een meer in het water stonden. Spijtig genoeg te ver om te fotograferen zonder telelens.
Nog een 30-tal km en ik verlaat Canada. Ondertussen ben ik noordelijk genoeg om op de permafrost te zitten. Het is hier in dit seizoen heel moerassig, wat mij aan Siberië doet denken. Om te vermijden dat de baan zou wegzakken, wat bij de eerste aanleg in 1942 voor heel wat problemen heeft gezorgd, is er een metershoge laag gravel waarboven het asfalt ligt.
Abonneren op:
Posts (Atom)